dinsdag 5 november 2013

Modder

Regelmatig zitten we als LTO Noord afdeling West-Friesland om tafel met een wethouder of burgemeester van één van de 7 West-Friese gemeenten, die agrarische zaken in zijn of haar  of haar portefeuille heeft. We bespreken dan punten die ons en de gemeente aangaan. Dan moet je denken aan bestemmingsplannen, verkeer en vervoer en milieu. In die gesprekken kunnen we merken dat onze landbouwvisie goed is geland bij de politiek. Men heeft een actuelere kijk op onze sector en dat vinden we terug in de bestemmingsplannen voor het  buitengebied.

Pas geleden hadden we een gemeente-overleg dat redelijk vlot verliep en ik was al met mijn gedachten bij een afsluitend woordje. Maar de wethouder had nog een punt voor het laatst bewaard. Hij wilde het met ons hebben over het landbouwverkeer in de oogsttijd. En vooral in de herfst als het land door de neerslag nat en zompig is geworden. Op de wegen blijft dan veel modder achter die de nodige overlast geeft. Niet alleen de gladheid, maar ook in de bermen blijft veel modder achter die later weer afgevoerd moet worden, wat voor de gemeenten extra kosten met zich meebrengt.
Natuurlijk nemen we het dan op voor onze leden die weersomstandigheden ook niet in de hand hebben, terwijl er toch geoogst moet worden.
Het was hem wel opgevallen dat er agrariërs waren die  tijdens en na het oogsten de weg schoonmaakten. Of ze laadden op een plein met betonplaten de producten over op schone wagens om bevuiling van de weg zoveel mogelijk te voorkomen.
LTO Noord wijst via
Nieuwe Oogst de agrariërs op gevaarlijke situaties op de weg door modder. De
ondernemer is altijd zelf verantwoordelijk voor de gevolgen.

Ook op de afdelingswebsite doen wij een oproep om de wegen schoon te houden en borden te plaatsen.
Behalve voor de veiligheid is het ook goed voor het imago van de landbouw als men in de oogsttijd aandacht heeft voor het schoonhouden van de wegen.

zaterdag 9 maart 2013

Een slepende kwestie

Begin augustus 2012 kreeg ik een telefoontje van een afdelingsbestuurder of ik een LTO Noord-lid bij de rechtbank in Alkmaar wilde verdedigen.
Er was bij betreffende maatschap eind juli 2011 een enorme schade ontstaan door ganzen in zijn perceel broccoli (6,5 ha). Een verzoek om schadevergoeding van ongeveer € 40.000,- werd door het Faunafonds afgewezen.
De kweker liet het er niet bij zitten en stelde beroep in bij de rechtbank. Hij vond dat het verzoek op onjuiste argumenten was afgewezen.
Het leek iedereen het beste dat twee nuchtere West-Friese agrariërs (de kweker en ondergetekende) de rechtbank en het Faunafonds uit gingen leggen dat wel de juiste procedure gevolgd was en dat ganzen van broccoli houden.

Het Faunafonds verweet de kweker dat hij te laat een jachtontheffing bij hun had aangevraagd, terwijl de kweker van mening was dat de ontheffing van de provincie voldoende waarborgen bood.
Uit eerdere ervaringen wist ik dat je in elk geval een volmacht moest hebben van het LTO Noord-lid en een pleitnotitie waarin je alle mogelijke argumenten op schrift stelt, die aan de rechtbank overhandigd moet worden.
Zo’n pleitnotitie heeft twee voordelen:
1. Je kan de inhoud toetsen bij de kweker en een deskundige
2. Je vergeet niets.

De rechtbank mocht vragen stellen en ik merkte dat ze het dossier goed hadden bekeken.
Toch duurde het tot eind oktober voordat de uitspraak bekend werd. Die was in het voordeel van de kweker (zie ook artikel Groenten & Fruit). Bij de ontheffing van de provincie moet je wel op tijd melden dat je gaat bejagen (ze kunnen dan eventueel controles uitvoeren), maar - belangrijk! - bij schade mag je meteen optreden. En… de kweker had al het nodige gedaan wat redelijk en billijk was (knalapparaat, vlaggen enz.).
De ontheffing van het Faunafonds was meer ter voorkoming van de vervolgschade, maar die was er niet. Want door die tsunami van ganzen waren bijna alle broccoliplanten opgevreten.

Na de uitspraak was het toch spannend, want er zou binnen 6 weken hoger beroep aangetekend kunnen worden door het Faunafonds. Begin december kreeg ik bericht dat ze dat niet gedaan hadden.
Hierna moest het Faunafonds een nieuw besluit nemen met inachtneming van het besluit van de rechtbank. En dat moest binnen een redelijke termijn gebeuren. Maar wat is een redelijke termijn? Half januari ben ik toch maar op verzoek van de kweker gaan bellen en mailen.
Het duurde toch wel even voor er overeenstemming was over de hoogte van  het schadebedrag. Na wat heen en weer gebel komt er eindelijk een eind aan deze slepende kwestie. En ik heb afgesproken met de kweker dat hij mij zal bellen als het bedrag met de wettelijke rente op zijn bankrekening staat.


Voor het pleiten kreeg ik geen vergoeding, omdat ik volgens de wet geen beroepsmatig jurist ben. Dat zij dan zo. Ik heb er een goed gevoel van overgehouden dat ik een LTO Noord-lid kon bijstaan en de juristen van het Faunafonds kon vertellen dat ganzen wel degelijk (helaas) broccoli lusten.

Arie Schouten

zondag 17 februari 2013

Bestemmingsplan Landelijk gebied Koggenland: werk aan de winkel

De gemeente Koggenland is op dit moment druk bezig met het bestemmingsplan Landelijk gebied. De wet schrijft voor dat de plannen niet ouder mogen zijn dan 10 jaar.

De gemeente heeft in 2012  in een structuurschets aangegeven hoe dat bestemmingsplan er dan in grote lijnen uit zal komen te zien.

Als er een beroep op mij als portefeuillehouder Ruimtelijke Ordening wordt gedaan, sta ik de plaatselijke LTO Noord afdeling graag bij. De ervaring die ik in de loop in de tijd heb opgedaan, komt dan goed van pas. Dit keer was er wel erg veel werk aan de winkel.
De gemeenteraad had besloten dat het plan conserverend moest zijn. Dat wil zeggen, de rechten die in het verleden vastgelegd waren, mag je houden. Maar wil je een groter bouwblok, dan krijg je dat niet zomaar. Wel zijn er ‘maatwerk’-gesprekken gevoerd met ondernemers die kunnen aantonen dat ze binnen twee jaar hun bouwblok willen vergroten ten behoeve van hun bedrijfsvoering. Die worden dan meegenomen in het nieuwe bestemmingsplan.  En de kosten zijn dan lager als het meteen in het plan wordt verwerkt.
Net als bij andere bestemmingsplannen is er een wijzigingsbevoegdheid voor bedrijven die in de verdere toekomst willen uitbreiden, maar dan is er een  procedure aan gekoppeld die meer onderzoek en hogere kosten met zich meebrengt.

De LTO Noord onderafdeling Koggenland heeft samen met Marleen Lenssinck, beleidsadviseur van LTO Noord-kantoor Haarlem en ondergetekende een flink aantal  zienswijzen van verschillende aard ingebracht. Die wilden we eventueel mondeling toelichten. Daar had de gemeente in eerste instantie geen aandacht aan geschonken. Maar na opmerkingen in de Commissie Grondgebied is dat afgelopen week wel gebeurd.

Het was voor beide partijen verhelderend, want we misten innovatieve zaken die in onze Landbouwvisie staan, zoals
  • meerlagenteelt in kassen
  • vollegrondsgroenteteelt op water
  • geen vergunning voor sleufloos draineren.

Wij kregen ook uitleg over het hoe en waarom de wensen van de raad zijn verwoord.
Met wat huiswerk voor een ieder maar met een beter gevoel dan vóór de vergadering van de Commissie  Grondgebied op 28 januari zijn we huiswaarts gegaan.

De komende tijd ligt het ontwerp bestemmingsplan ter inzage en kunnen we kijken of onze inbreng tot wijzigingen leidt.

Arie Schouten