vrijdag 16 december 2016

Ruzie met de handhaver

Het gebeurt gelukkig niet zo vaak, maar laatst belandde ik toch weer voor de rechter;
niet voor mezelf, maar voor een LTO Noord-lid en dorpsgenoot. Het was een zaak die bijna 2 jaar liep.
Wat was het geval. Bij een bezoek van een ambtenaar van de RUD (Regionale Uitvoerings Dienst) was het mis gegaan. Op zekere dag liep de man in kwestie op zijn erf, toen er plots een auto het pad op kwam, die de eigenaar van het pand bijna omver reed. Deze schrok enorm en toen de handhaver uit zijn auto stapte, ging de agrariër verhaal halen en niet alleen dat, maar er is wat getrokken en geduwd. Toen hij me dit vertelde, heb ik toegezegd hem bij te staan. Destijds was ik bij de voorloper van de RUD, de Milieudienst Westfriesland, bestuurlijk betrokken. Ik heb toen als lid van het Dagelijks Bestuur, samen met de directie en de afdeling Handhaving de erfbetredingregels opgesteld. Ik vond dat ik als agrariër het best kon putten uit de praktijk. Daar hoorde deze manier van erfbetreding in elk geval niet bij.Ik heb geprobeerd om richting de RUD een rechtszaak te voorkomen door het bij het hoofd Handhaving op te nemen voor het LTO Noord-lid. Ik heb geprobeerd duidelijk te maken dat de erfbetreding bepaald niet volgens de regels is gegaan.Ik kon wel merken dat ze het hoog opnamen, omdat je van handhavers af moet blijven ondanks het feit dat hij zijn komst niet had aangekondigd, wat volgens afspraak had moeten gebeuren. 

Toch had ik het gevoel dat ze er nog een keer naar zouden kijken. We hebben er tijden niets van gehoord. Tot er een telefoontje kwam van het LTO Noord-lid dat  er een civiele procedure was aangespannen. De dagvaarding kwam 5 dagen (op een zondagochtend) vóór de rechtszaak in Alkmaar. Ik heb nog voorgesteld om een andere datum te zoeken. Maar het echtpaar was er ondertussen helemaal klaar mee en wilde niet langer wachten. Ik had nog wel informatie opgehaald bij het Informatiecentrum van LTO Noord om eventueel een jurist, die ons bij zou kunnen staan, in te schakelen.  Maar de tijd was te kort. Toen hebben we samen een pleitnotitie opgesteld om duidelijk te maken hoe één en ander gegaan was. Bij de rechtbank aangekomen, heeft dat ons geholpen. De tegenpartij had een schade geëist van ongeveer € 4.000,- en had dat onderbouwd. Maar de rechter ging daar niet in mee.Ons LTO Noord-lid werd wel schuldig bevonden en de officier van justitie eiste € 200,- en een proeftijd van 2 jaar. De rechter maakte daar als  een soort Salomonsoordeel € 300,- en een proeftijd van 1 jaar van.

Op de terugweg hebben we  over de uitspraak gesproken en we besloten niet in hoger beroep te gaan. Want ze waren ondanks de uitspraak blij dat er een streep onder gezet kon worden. En dat was belangrijk voor o.a. hun nachtrust. Een paar dagen later hebben ze een bos bloemen laten bezorgen als dank voor de steun. Dat hoefde natuurlijk niet, maar ik hield er een goed gevoel van over en weer een ervaring rijker.

vrijdag 7 oktober 2016

Verbetering veiligheid wegen HHNK in Het Grootslag

De laatste tijd kom ik met enige regelmaat bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Ik kaart dan zaken aan die in onze afdeling spelen.

Zo was ik daar die keer om te praten over gevaarlijke kruisingen in RVK Het Grootslag (in de 4-hoek Andijk, Enkhuizen, Hoogkarspel, Wervershoof).
De afgelopen jaren gebeuren daar nogal wat ongelukken. Niet alleen met landbouwverkeer, maar ook met personenauto’s, soms met zwaargewonden. HHNK is eigenaar van die wegen. En wij vinden dat ze maatregelen behoren te nemen.

We vragen of HHNK de wegen wil inrichten volgens de ‘duurzaam veilig methode’. Veel van onze leden maken nl. gebruik van de wegen in het buitengebied. Het antwoord van de heemraad viel me echt tegen.
Hij vond dat de weggebruikers zelf beter moeten uitkijken. Ze hadden hier en daar al wat maatregelen genomen. En ook liet hij weten dat wegen niet de hoogste prioriteit hebben bij het waterschap en dat ze bezig zijn om de wegen over te doen aan de gemeenten.
Ik heb hem gewezen op de verantwoordelijkheid voor de situaties die op ‘hun‘ wegen plaatsvinden.
Hij liet ons weten dat HHNK niet van plan was overal rotondes aan te leggen.
Maar… dat vragen we ook niet. We vragen om gepaste maatregelen om ongelukken te voorkomen.

Bijna maandelijks is er wel een melding van een aanrijding. We moeten toch niet wachten op ongevallen waar dodelijke slachtoffers zijn te betreuren.
Ook door dorpsraden in het gebied is het probleem aangekaart, maar nog zonder succes.

Wel is het bij het tv-programma ‘De gevaarlijkste  wegen van Nederland’ van SBS6 terecht gekomen. Zie ook deze oproep.
Dat programma heeft mij benaderd om er commentaar bij te geven. Via een medewerkster van de hoogheemraad had ik begrepen dat er ondertussen plannen worden gemaakt en ik heb het tv-team naar haar verwezen. Hopelijk komt er nu schot in de zaak. En wordt de put gedempt voordat het kalf verdronken is!


woensdag 6 juli 2016

Rondje regio West op de fiets

Afgelopen 7 mei heb ik een stukje mee gefietst met LTO Noord-medewerkers, die graag met eigen ogen Westfriesland wilden zien. Ze wilden op hun route door West-Nederland verschillende stops maken en dan kennis maken met de regio’s en hun bestuurders. Vaak ken je de mensen alleen van telefoongesprekken of van de mail, een enkele keer tijdens een inleiding op een LTO Noord-bijeenkomst of als ze een LTO Noord-lid moeten bijstaan. Op deze sportieve manier elkaar ontmoeten sprak me erg aan.

Ik had afgesproken met de groep fietsers op de grens van het Land van Leeghwater (de Schermer) en Westfriesland bij Ursem. Een geoefende fietser ben ik niet, dus ik had me naar die plek per auto laten brengen.
’s Morgens had ik nog wel overwogen om de e-bike van mijn buurman te leasen. Niet gedaan, want ik dacht dat er in de groep fietsers bestaande uit 6 personen er altijd wel een paar recreatieve fietsers zouden zitten. Dat bleek een misvatting. Dorine Kea, Maarten Hermus en Andries Middag van LTO Noord en Koen van Wijk en Mike Schellart van Nieuwe Oogst kwamen vergezeld van collega-bestuurder René Kea op het juiste tijdstip aanfietsen met materiaal waar profwielrenner Tom Dumoulin nog een puntje aan kan zuigen. Ik zag het gezelschap wat raar kijken naar mijn veredelde landfiets. Toch maar op weg gegaan in een wat rustiger tempo.
 
Via Ursem, Wogmeer en Zandwerven gingen we richting het Koeienhuis van Wendy Louter en Klaas Vlaar in Benningbroek. Onderweg kon ik Westfriesland op zijn mooist laten zien: de weilanden met de koeien die hier volop genoten van de weidegang, de bloeiende bollenvelden die (zo leek het wel) voor deze gelegenheid nog niet gekopt waren en de kool die op kaarsrechte (GPS)regels waren geplant om wortel te schieten.

Bij het Koeienhuis werden we gastvrij onthaald. Terwijl Wendy de lunch bereidde, kregen wij een rondleiding van Klaas langs de Wagyu-runderen in de koeientuin. Deze van oorsprong Japanse dieren leveren  buitengewoon smaakvol vlees, die we tijdens de lunch gingen proeven. De gastheer wist boeiend te vertellen over zijn zoektocht naar verbreding naast zijn melkveehouderij.
Na dit bezoek en via wat binnenweggetjes langs onze boerderij nam ik afscheid van het pelotonnetje, dat richting Enkhuizen vertrok. Ik zag ze wegrijden, omschakelend naar het grote mes om weer wat tijd in te halen om langs de Houtribdijk de deadline in Lelystad te halen.

Terugkijkend vond ik het een goed initiatief, maar ik had ze nog wel wat meer willen vertellen over ons gebied. Maar met het schuine tegenwindje had ik alle lucht nodig om in het wiel van de groep te blijven. Ik spreek ze wel weer een keer per telefoon of we mailen.


woensdag 23 maart 2016

Brand is erger!

Dinsdag 10 maart omstreeks het middaguur, brak er brand uit in een bedrijfsverzamelgebouw in Nibbixwoud op een afstand van een paar honderd meter van onze boerderij.
Deze schuren waren van een voormalig bloembollen- en preparatiebedrijf. Nu waren deze schuren verhuurd aan verschillenden bedrijfjes en dienden o.a.  als opslag voor meubels en matrassen.
In het achterste gedeelte was een openhaardhouthandel gevestigd en daar ontstond de brand.
Aangewakkerd door een stevige wind was er geen houden aan voor de brandweer, die met groot materieel was uitgerukt en assistentie kreeg van korpsen uit de buurt.
Er werd groot alarm geslagen en de sirenes in de omgeving gingen af: ramen en deuren dicht houden en zoveel mogelijk binnen blijven.
Ik dacht meteen aan de rieten daken van nabije stolpen, maar ik hoopte dat door de overvloedige regenval in de afgelopen tijd  de daken niet direct last zouden hebben.

Foto: Medemblik Actueel/Theo Annes
Door de hitte gingen de donkere rookwolken hoog de lucht in.  Zwarte papiersnippers (zo leek het) dwarrelden neer in de wijde omgeving. Ook bij ons op het erf en op het land. Geen paniek, maakte ik mezelf wijs. Dat veranderde toen ik een telefoontje kreeg van de Veiligheidsregio.
In de lijst van contactpersonen sta ik vermeld als vertegenwoordiger van LTO Noord als er door brand of andere dreiging, agrarische bedrijven met dieren of gewassen gevaar zouden kunnen lopen door verontreiniging van het water of lucht. Ik had me daarvoor destijds aangemeld omdat ik jaren lid ben geweest bij de vrijwillige brandweer. De papiersnippers, waar ik het over had, waren restanten van het isolatiemateriaal en van de coating van de dakplaten en wanden. Van asbest was gelukkig geen sprake.

Wat nu te doen. Ik belde eerst naar het LTO Noord-kantoor in Haarlem: zoek contact met de RUD, de Regionale Uitvoeringsdienst, om te informeren naar de gevaren voor de volksgezondheid en voor de dieren. We communiceerden naar onze achterban om contact op te nemen met je eigen verzekering om eventuele schade te melden. Als het zichtbaar is, maak een foto of videofilm. En laat een taxatie maken van mogelijke schade op je grasland of van de vollegrondgroentegewassen. En als er vragen of twijfels waren, konden ze me bellen.

Al gauw werd ik benaderd door mensen van de pers: de krant, de regionale radio en RTV Noord-Holland. Dat was een prima manier om nog wat informatie te verschaffen. Zelf maakte ik een rondje over bedrijf en landerijen en het viel tegen hoeveel troep er was neergedaald. Maar het meeste heb ik kunnen opruimen.

Ik heb een paar telefoontjes gehad van LTO Noord-leden die kilometers verderop wonen, die melding maakten van brandresten op hun land. Ik heb ze naar de LTO Noord-site en Facebook verwezen. Zo kwam ik er ook nog eens achter dat de sociale media heel handig kan zijn. Hulde aan onze ‘webmiss’ van LTO Noord.
Later kreeg ik het bericht dat ten eerste de brand meester was, maar dat ook door de gemeente een brief was rondgestuurd naar de inwoners om o.a. op het gevaar te wijzen van verontreinigde groente. Toen de rookdampen waren opgetrokken, werden stoepen en straten schoongeveegd of werden roetdeeltjes opgezogen door speciale machines. Van de schuren was niet veel meer over dan verwrongen staal en de betonnen ondergrond. Voor de ondernemers is het natuurlijk een drama.

Voor mijzelf was het een bijzondere ervaring, die ik niet meer hoef mee te maken. Want het gezegde “brand is erger” ging hier helemaal op.